Voor de schenking van roerende goederen blijven de oude tarieven (vastgelegd in 2004) van toepassing namelijk 3% en 7%.
De schenkingsrechten op onroerende goederen worden verlaagd.
De wetgever voert een ernstige vereenvoudiging door. Vroeger bestonden er 4 categorieën van begunstigden namelijk:
-De begunstigde is grootouder, ouder of kind, kleinkind of echtgenoot/samenwonende: het schenkingstarief evolueerde van 3 tot 30%.
-De begunstigde is broer of zus: de schenkingsrechten evolueerden van 20% tot 65%
-De begunstigde is oom, tante, neef of nicht: de taxatie schommelt van 25 tot 70%;
-Alle andere begunstigden dienden rekening te houden met een belasting van 30 tot 80%.
De vereenvoudiging bestaat eruit dat er thans nog twee categorieën zijn namelijk:
-Begunstigden in rechte lijn of partners;
-Begunstigden niet in rechte lijn.
De nieuwe belastingschijven zijn de volgende:
-Van 0 tot 150.000 Euro: 3% in rechte lijn of 10% in niet rechte lijn
-Van 150.000 Euro tot 250.000 Euro: 9% in rechte lijn of 20% in niet rechte lijn.
-250.000 Euro tot 450.000 Euro: 18% in rechte lijn tot 30% in niet rechte lijn.
-Boven de 450.000 Euro: 27% in rechte lijn en 40% in niet rechte lijn.
Photo by Allef Vinicius on Unsplash